De reden dat ik bij de vorige grafiek schreef dat we het algehele beursbeeld aandacht moeten geven komt voort uit het beeld in de daggrafiek van de DAX. De index brak gisteren naar beneden uit een driehoek en dat is een negatieve ontwikkeling. Normaliter zou zich een uitbraak naar boven hebben ontwikkeld. De conclusie is dat het Duitse beursbeeld aan het verslechteren is. De graadmeter vond gisteren steun ter hoogte van voorgaande bodems en dient daarboven te blijven wil de situatie toch nog goed kunnen uitpakken. Een doorbraak zou echter de start van een correctie betekenen.

Was het verloop van de DAX gisteren negatief, dat van de S&P500 was positief. Er ging wel een daling naar lijn o aan vooraf voordat de ontwikkeling uiteindelijk positief werd. Deze lijn, de onderkant van de wig o-o', vormde steun. Een uitbraak naar beneden is historisch gezien de meest gebruikelijke ontwikkeling bij een naar boven gerichte wig. De laatste tijd zagen we het echter vaak anders. Het is na de ontwikkeling van gisteren in ieder geval zo dat we ook moeten letten op het verloop ten opzichte van de bovenzijde van het patroon. Er werd namelijk een hammer ontwikkeld en dat is een potentiële bodem. Een uitbraak naar boven zou de wig ongeldig maken en een sterke stap zijn. Zolang geen uitbraak aan de bovenkant is neergezet mogen we rekening blijven houden met een eventuele uitbraak aan de onderkant. Zo'n uitbraak zou het technische beeld verzwakken, wel zou de stijgende trend dan nog intact zijn zolang de S&P500 boven lijn m blijft. -Ad Nooten-