ADN Beursanalyse

| home | werkwijze | aex aandelen | amx aandelen | agenda | begrippen | historie | |

  • De candle van vandaag behoeft niet veel toelichting, u ziet zelf wel dat die negatief is. We hebben meer afstand genomen van de lijn m, die zich daarmee eens en temeer belangrijk heeft getoond. Ik ga er van uit dat we te maken hebben gehad met een langdurige test van de lijn m en als de grafiek ons niet bedriegt is die test afgelopen nu de index er opnieuw niet in is geslaagd de lijn te passeren. Dit betekent dat er een daling kan komen die ons onder 325 zou kunnen brengen, al kijk ik daarmee wel heel erg ver vooruit. Er kan zich natuurlijk altijd nog een hogere bodem boven 325 vormen, dat is de valstrik waarin ik met deze veronderstelling kan lopen. In ieder geval is er een goed zichtbare lagere top gevormd, we zijn bij punt 4 onder de top uit februari gekomen. Deze lagere top zien we ook in de lijngrafiek, waarin de koers wordt weergegeven door een lijn die de slotkoersen met elkaar verbindt.

  • De index heeft lijn b (dezelfde lijn als m in de eerste grafiek) losgelaten, de lagere top maakt samen met dit gegeven dat het er voor de beurs minder goed uit is gaan zien. Om de toekomstige ontwikkeling in te schatten zullen we de neerwaartse beweging moeten volgen met de uurgrafiek.

  • Ik wil u voorstellen dat te doen met behulp van de Fibonacci lijnen. De index is op weg naar het 38,2% niveau net onder 346 waar ook een voorgaande bodem ligt. Het lijkt aannemelijk dat dat het eerste punt is waarop we ons kunnen richten. Het belangrijkste niveau ligt op 338, zou de index daaronder komen dan zou dat met hoge waarschijnlijkheid een vervolg naar 325 inhouden. Zover is het nog niet, er kan altijd nog een hogere bodem ontstaan op of boven dat punt. De markt zal zijn optimistische houding niet van het ene op het andere moment laten varen, al was dat gisteren en vandaag duidelijk wel het geval. Kijk maar eens naar de 15min grafiek.

  • Een daling onder de lijn g, vervolgens een test van de lijn g die werd gevolgd door een stevige daling. Het kan zo uit een boekje komen.

  • Onderin de grafiek ziet u nog het niet gesloten gap van vrijdag 2 april, u weet wel, dat was die dag waarop de banengroei in de VS ineens erg groot bleek te zijn en een intraday gap veroorzaakte. De kans is groot dat het nu wel gesloten gaat worden, vorige week vonden we nog steun op de bovenkant van het gap.

Resumerend: Het ziet er voor Amsterdam ineens een stuk minder rooskleurig uit. We hebben flink afstand genomen van de lijn m in de daggrafiek (b in de lijngrafiek daaronder) en er is daardoor in de daggrafiek een lagere top ontstaan. Dat is de tweede op rij en dat is een belangrijk gegeven. Samen met de aangetoonde weerstand van de lijn m houdt dit in dat er een flinke kans is dat we een wat langer durende daling zullen gaan inzetten die ons mogelijk ook onder 325 zal gaan brengen, al moet ik erbij zeggen dat dat koffiedik kijken is. Het is verstandiger de uurgrafiek te gaan volgen en met name te gaan volgen welke Fibonacci niveaus er bereikt gaan worden in de dalende beweging die is ingezet. Elk niveau is een potentieel steunpunt waar een bodem kan ontstaan van waaruit we de weg naar boven weer hervatten. Het eerste belangrijke punt ligt rond 346, ik wil u voorstellen eerst daar te gaan kijken wat de index doet en dit te gebruiken als volgend stukje informatie in onze doorlopende puzzel.

En dan nog dit.... Ik schreef gisteren over Unilever en de cijfers die het concern vandaag moest presenteren. Die cijfers zorgden vandaag voor een schrikreactie, het aandeel viel maar liefst 6,6 %.  Je mag wel stellen dat het nieuws van Unilever getuige de reactie van de markt als een verrassing kwam. Ik heb het al eens eerder gememoreerd, de belegger is tegenwoordig weinig kritisch meer ten opzichte van uitlatingen en plannen van directieleden van bedrijven waarin men belegt. Men neemt de positieve voorspellingen voor zoete koek aan en denkt verder niet meer na. Ik heb in dit verband op deze plaats eerder ook KPN en Ahold als voorbeelden genoemd, als illustratie dat de belegger tegenwoordig niet of nauwelijks meer zelfstandig nadenkt over de toekomstmogelijkheden van de fondsen waar hij of zij geld in steekt. Je kon op je vingers natellen dat er, zoals ik gisteren schreef, een moment moest komen waarop Unilever marktpositie zou verliezen. De consument geeft steeds minder uit en bezoekt massaal de Aldi en Lidl supermarkten, dit gaat ten koste van de verkoop van merkproducten. Het gaat dus om iets dat iedereen kan verzinnen. De belegger bracht Unilever echter zoals we gisteren zagen in een stijgende trend en op de rand van de afronding van een omgekeerd hoofd- en schouders patroon, zo optimistisch was men. Diezelfde belegger mag nu op de blaren zitten en zijn vertrouwen is danig beschaamd, maar tegelijkertijd is het wel de beloning voor zijn naïviteit. Het leert ons verder dat het niet alleen belangrijk is om in de grafieken te kijken wat de markt doet, maar af en toe ook eens het boerenverstand te laten werken. De markt heeft niet altijd gelijk. -Ad-

 

Naar boven