-
"Er is bij het huidige marktsentiment geen enkel
toppatroon uit de candlestick techniek dat nog goed werkt." schreef
ik vorige week vrijdag en dat was naar vandaag blijkt een terechte
opmerking. De inverted
hammer die afgelopen vrijdag namelijk een mogelijke top en
weerstand aangaf bleek vandaag al snel geen waarde te hebben. De candle
van vandaag is een gelijkvormige candle, maar ik zie er wederom van af
om daar een conclusie aan te verbinden. De markt wenst ondanks
potentiële toppatronen als de bearish
harami van vorige week donderdag en de inverted hammer van vrijdag
namelijk de stijgende trend intact te houden.
-
Dat het uitstekend lukt om die trend vast te houden zien
we aan de hand van de Bollinger
Bands die in dezelfde daggrafiek zijn geplaatst. De banden stijgen en de
index ligt in de bovenste band, hetgeen het beste bewijs van een
stijgende trend is dat we aan
de hand van deze naijlende indicator kunnen krijgen.
-
Meer bewijs krijgen we in de uurgrafiek waar het proces
van hogere bodems en hogere toppen vandaag met de vorming van een hogere
top een volgende fase in is gegaan. Bovendien bevindt de index zich
boven lijn k en zolang dat het geval blijft is de trend sowieso omhoog
gericht.
-
Mogelijk koersdoel is bij een verdere stijging de
lichtgrijze stippellijn die ik vorige week parallel aan lijn k tekende.
-
Lijn k valt zoals we in de kwartiergrafiek zien vrijwel
samen met de stippellijn rond 439,3 die steun kan bieden en boven die
beiden hebben we nog potentiële steun van de stippellijn rond 440,3.
Blijven we boven 440,3 dan is de trend sowieso nog naar boven gericht,
komen we eronder dan hangt het van lijn k af. Zijn we boven lijn k,
morgen bij opening op 439,2, dan is de tendens tot verder stijgen nog
steeds het sterkst.
Resumerend:
Vandaag is maar weer eens gebleken dat potentiële toppatronen uit de
candlestick techniek niet tellen in het huidige sentiment waarin de markt
zich vastgebeten heeft in het vasthouden van de eindejaarsrally. Er was
overigens geen enkele reden voor de stijging, dat wil ik toch even ter
sprake brengen. Vandaag kwam de 2-jaars rente namelijk boven de 10-jaars
rente waardoor banken geen geld meer kunnen verdienen met het voor korte
periodes lenen van geld om het vervolgens lang uit te zetten. Men noemt dit
een zogenaamde inverted yield curve. Bijzonder is dat een inverted yield
curve meestal aan een recessie vooraf (!) gaat. Terwijl het planbureau, de
Nederlandsche Bank en onze overheid voor volgend jaar van een flink herstel
uitgaan signaleert de renteontwikkeling dus anders, ik ben razend benieuwd
hoe dat uit gaat pakken. Dat gezegd hebbende ga ik terug naar de grafieken
waar ik kort over kan zijn. Zolang we boven lijn k zijn is de stijgende
trend intact en zijn we nog altijd onderweg naar de lichtgrijze lijn in de
uurgrafiek die morgen rond 442,2 ligt. Lijn k ligt morgenochtend bij opening
op 439,2 en dat is gezien het feit dat Wallstreet rond 18.30u iets onder
druk staat morgen wel een punt om in de gaten te houden.
En dan nog dit....
Een lezer schreef me
weinig te zien in het gebruik van de Fibonacci methode bij het vaststellen
van een lange termijn koersdoel voor de AEX-index, dit vanwege het feit dat
de samenstelling van de AEX en de weging van de fondsen daarin voortdurend
verandert. Het gebruikmaken van Fibonacci niveaus zou alleen opgaan bij
gelijke samenstelling van de index hetgeen niet het geval is. Een
interessante opmerking die het eeuwige dilemma illustreert dat opdoemt bij
het analyseren van een index die ieder jaar aangepast wordt. Dit dilemma
geldt overigens niet alleen Fibonacci niveaus, maar ook bijvoorbeeld
steunen, weerstanden en patronen die meerdere jaren overspannen. Je zou op
grond van de verandering van de index zeggen dat het niet mogelijk is om een
analyse over meerdere jaren te maken daar het niet om hetzelfde 'product'
gaat.
Toch blijken steunen en
weerstanden in lange termijn grafieken in de praktijk wel degelijk bruikbaar
en daar is wel een verklaring voor. De mens heeft behoefte aan
houvast, behoefte aan cijfermateriaal waaraan hij de staat waarin de beurs
verkeert kan ontlenen en de beursgraadmeter vormt dit houvast. Zo staan de
top op 703 en de bodem op 218 in ons geheugen gegrift en zal het bereiken
van een van beide waardes in de toekomst ongetwijfeld een reactie van
beleggers oproepen, dit ondanks het feit dat de samenstelling op het moment
dat de top op 703 werd gezet anders was dan die op het moment dat de bodem
op 218 ontstond. Ook het herstel vanaf 218 wordt in relatie tot deze zelfde
cijfers beoordeeld, we drukken het ofwel in percentages van 218 uit of als
percentage van de totale beweging 703 - 218 en komen zo alsnog op de bekende
Fibonacci niveaus uit.
Een tweede reden is dat
de index juist door de voortdurende aanpassingen geacht wordt een goede
indicatie te vormen voor de beurs als geheel. Zou de index niet wijzigen dan
zou deze al snel niet meer representatief zijn voor het totaal aan
beursactiviteiten, juist dan zou het naar verloop van tijd steeds minder nut
hebben de index nog te volgen omdat deze op zou houden de graadmeter te zijn
die het nu is. Natuurlijk zal men er nooit geheel in slagen voortdurend de
ideale indexsamenstelling te vinden, enige verschuiving van aard zal er
steeds zijn. We moeten in een lange termijn grafiek van de AEX-index daarom
niet tot op het punt nauwkeurig werken, noem ik op grond van een maand- of
weekgrafiek een koersdoel dan kan het uiteindelijk best wel een paar punten
meer of minder worden. Het gaat om de grote lijn. De combinatie van factoren
uit de vorige en deze alinea zorgt er mijns inziens echter voor dat we
ondanks de veranderingen in de AEX-index wel degelijk naar lange termijn
zaken als Fibonacci niveaus en dergelijke kunnen kijken. -Ad-
Naar boven
|